Home » EU-arbeidsmigranten

TagEU-arbeidsmigranten

EU-arbeidsmigranten sterven op straat

Leger des Heils, 18 april 2024 – Volgens een ruwe schatting – geen enkele instantie houdt hier namelijk formeel cijfers van bij – zijn er in Nederland gedurende 2023 zo’n 15 dakloze EU-arbeidsmigranten op straat overleden. In de afgelopen maanden stierven opnieuw kort na elkaar drie jonge Oost-Europese migranten in het centrum van Rotterdam. Hoewel de problematiek van de dakloze EU-arbeidsmigranten inmiddels alom bekend is, wordt er in de praktijk weinig gedaan om het lot van deze mensen te verbeteren.

Het Leger des Heils wordt dagelijks geconfronteerd met de schrijnende situaties waarin deze kwetsbare mensen zich bevinden. Overheid, werkgevers, uitzendbureaus, inleenbedrijven en zorginstanties mogen deze mensen niet aan hun lot overlaten.

Uitbuiting is verdienmodel

In ons land werken ruim 800.000 EU-arbeidsmigranten, ze zijn dan ook onmisbaar voor het draaiend houden van de BV Nederland. Een deel van hen verkeert in een kwetsbare positie. Ze hebben eenvoudige, maar fysiek zware banen waar de meeste Nederlanders geen trek meer in hebben. Denk aan het werk als kippenvanger of slachter, bloemenplukker of orderpicker. De meerderheid van de dakloze EU-arbeidsmigranten komt naar ons land door bemiddeling van internationale uitzendbureaus en inleenbedrijven. Mensen uit Polen, Roemenië, Bulgarije en Hongarije worden vaak op basis van mooie praatjes geronseld om hier voor een karig loon onder erbarmelijke omstandigheden te werken en te wonen. Al dan niet voor een hoge huur opeengepakt met te veel collega’s in een beschimmeld onderkomen, zodat het de werkgever zo weinig mogelijk kost. Hard gezegd kunnen we stellen dat de uitbuiting van EU-arbeidsmigranten een economisch verdienmodel is geworden.

Perspectief

Onze veldwerkers, de medewerkers die dak- en thuisloze mensen actief opzoeken om praktische hulp te bieden, zien een stijging van maar liefst 20% dakloze mensen op straat. Meer dan 60% van de mensen die zij ’s avonds op straat tegenkomen is een dakloze EU-arbeidsmigrant! Uit een inventarisatie van RTL Nieuws eind 2023 blijkt dat er minstens 6.000 arbeidsmigranten op straat leven. EU-migranten krijgen alleen toegang tot de gemeentelijke opvang als het vriest. Zonder enige vorm van reguliere hulp worden zij op straat aan hun lot overgelaten, met verslavingsproblematiek en overlast tot gevolg. Machteloos constateren wij dat de huidige beleidsregels niet correct worden nageleefd. Deze regels laten zelfs niet toe om deze doelgroep adequate opvang en perspectief te bieden, zoals begeleiding terug naar werk of repatriëring naar eigen land.  De pilots met 24-uuropvang voor dakloze EU-arbeidsmigranten in Eindhoven en vanaf juni in Rotterdam, zijn een stap in de goede richting en verdienen zo snel mogelijk navolging in de rest van het land.

De praktijk

Het verhaal van Evgeny uit Letland is een pijnlijke illustratie van dit probleem. Hij was nog maar 29 jaar toen hij als dakloze EU-migrant overleed aan hartfalen. Met zijn ouders kwam hij naar West-Europa en hij groeide deels op in Engeland. Hij werkte veel in Nederland en vond meestal snel werk, omdat hij goed Engels sprak. Onze veldwerkers ontmoetten hem in de opvang. Hij gaf aan dat hij graag snel weer aan het werk wilde. Hij had een lijst met mogelijke werkplekken van het uitzendbureau gekregen, maar hij kende veel slechte werkgevers op de lijst. Hij schreef bij elk van deze bedrijven op wat er mis was. Zo wilde hij voorkomen dat anderen in de problemen zouden komen en af zouden glijden naar een leven op straat. Evgeny raakte zelf helaas ook verder in de problemen. Van de enthousiaste, vrolijke man die hij eens was, bleef niets over. Hij raakte ernstig verslaafd en stierf toen zijn jonge lichaam ‘op’ was.

Vrijdag ontslaan, maandag aannemen

Doordat wonen, werken en verzekering in één contract aan elkaar worden gekoppeld, zijn deze mensen vaak meteen dakloos en onverzekerd als ze om wat voor reden dan ook hun baan verliezen. Werkgevers die verlegen zitten om goedkope buitenlandse arbeidskrachten, besteden alles uit aan internationale uitzendbureaus en inleenbedrijven. Door tussenkomst van dit soort bedrijven hoeven werkgevers zich niet langer verantwoordelijk te voelen voor mensen die dag in dag uit voor hen werken. De verhalen uit de praktijk zijn confronterend.  Zo zijn er gevallen bekend waarbij een werkgever standaard elke vrijdagmiddag tien mensen ontsloeg en maandagochtend tien nieuwe arbeidsmigranten liet beginnen. Of een uitzendbureau dat doodleuk verkondigt dat de verantwoordelijkheid voor deze mensen pas begint op het moment dat ze door ingehuurde chauffeurs in Nederland zijn gebracht. De chauffeurs zouden immers zelf verantwoordelijk zijn voor de werving.

‘De kern van het probleem zit hem in de tenhemelschreiende onverschilligheid’

Onverschillig

Zolang we niet voorkomen dat EU-arbeidsmigranten zo makkelijk dakloos raken en zolang de arbeidsinspectie misstanden onvoldoende beboet, blijven dakloze EU-migranten sterven op straat. Het feit dat er amper criteria worden gesteld aan de mensen die hier met busladingen naartoe worden gehaald, helpt ook niet mee. Maar de kern van het probleem zit ‘m in de ten hemel schreiende onverschilligheid. Op basis van doorgeslagen vrije marktwerking voelen werkgevers, uitzendbureaus en inleenbedrijven zich niet meer verantwoordelijk voor het lot van kwetsbare EU- burgers die dagelijks voor hen werken. Dat het makkelijk wegkijken is, omdat de wetgeving deze praktijken nog niet aan banden legt, is een gegeven. Maar het valt anno 2024 niet uit te leggen dat mensen die een cruciale bijdrage leveren aan de Nederlandse economie op straat sterven. Werkgevers, uitzendbureaus en inleenbedrijven moeten hun verantwoordelijkheid nemen! Het Leger des Heils daagt hen uit om samen met ons om de tafel te gaan om naar oplossingen te zoeken. Bij goed werkgeverschap hoort nu eenmaal medemenselijkheid. En dan mag het niet uitmaken of je werknemer uit Warschau of Wageningen komt.

Kapitein Harm Slomp, bestuursvoorzitter Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg.

Een kortere versie van dit opiniestuk verscheen op 17 april 2024 in de Telegraaf.

Lees hier verder (origineel bericht)

×