Binnenlands Bestuur, 21 januari 2024 – Gemeenten kunnen rondom arbeidsmigratie een veel sturender rol vervullen dan ze zelf denken.
Het aantal arbeidsmigranten in Nederland is de afgelopen jaren verviervoudigd. Dat zorgt voor lokale uitdagingen, zoals huisvesting. Minder aandacht is er voor hoe gemeenten om moeten gaan met de bedrijven achter arbeidsmigratie. Dat is jammer, schrijven Marthe Hesselmans en Asya Pisarevskaya in een essay.
Aantal arbeidsmigranten verviervoudigd
Wat kunnen gemeenten doen om arbeidsmigratie in betere banen te leiden? Die vraag stelden we ons voor onderzoek vanuit de Erasmus Universiteit Rotterdam over middelgrote steden en migratie. We zien namelijk in diverse Nederlandse steden met zo’n 40.000 tot 100.000 inwoners twee zaken samenkomen: een steeds grotere verscheidenheid aan inwoners en een opeenstapeling van kwetsbaarheden op het gebied van wonen, werken en bestaanszekerheid.
Volgens data van de Adviesraad voor Migratie is sinds 2006 het aantal arbeidsmigranten in Nederlandse gemeenten verviervoudigd. Veruit de meesten van hen komen uit andere Europese landen en vertrekken binnen zes jaar weer uit Nederland. Een significant deel blijft langer in de gemeente wonen – zo’n 40 procent volgens schattingen van het CBS uit 2019.
Op straat
Arbeidsmigranten komen hier voor een duidelijke reden: werk. De meeste internationale Tielenaren werken niet in de stad zelf, maar bij de fruittelers, logistieke centra en levensmiddelenverwerkers in de nabije omgeving. Ze verdienen vaak minder dan het gemiddelde uurloon en soms zelfs minder dan Nederlanders zonder startkwalificatie. Bij velen geldt dat wie hen inhuurt ook hun huisbaas is. Een arbeidsmigrant wiens contract afloopt, kan dus snel letterlijk op straat komen te staan.
Dweilen met de kraan open
Dát arbeidsmigratie in gemeenten gepaard gaat met misstanden weten we onderhand wel, zeker sinds het rapport Geen tweederangsburgers van de commissie-Roemer uit 2020. Er wordt ook van alles gedaan om die misstanden aan te pakken, maar het lijkt dweilen met de kraan open. Het ene malafide uitzendbureau is nog niet gesloten, of een andere opent alweer zijn deuren. Reden te meer voor een nadere blik op de huidige aanpak van arbeidsmigratie en een pleidooi voor wat we écht nodig hebben: bedrijven die investeren in hun werknemers, of ze nu lokaal of internationaal zijn.
Lees hier verder (origineel bericht)Er wordt ook van alles gedaan om misstanden aan te pakken, maar het lijkt dweilen met de kraan open