Column door Ewa van Rooij – Niepokulczycka – Het kabinet heeft ambitieuze plannen om arbeidsmigratie beter in de hand te krijgen. In de strijd tegen “ongewenste instroom” en “verstoorde leefbaarheid” komen er nieuwe regels voor de inzet van arbeidsmigranten. Er moeten strengere eisen komen voor huisvesting, betere registratie, meer handhaving – en uiteraard: minder arbeidsmigranten. Het klinkt daadkrachtig.
Wat doen deze plannen voor de mensen die het écht aangaat? Voor arbeidsmigranten zelf, die vooral onderwerp van beleid blijven in plaats van gesprekspartner. En voor omwonenden, die al jaren worden geconfronteerd met de gevolgen van een falend systeem.
Te vaak worden bewoners en arbeidsmigranten tegenover elkaar gezet. In het publieke debat én in beleid. Alsof zij elkaar in de weg staan. Alsof de een last heeft van de ander. Maar wie de wijken kent waar veel arbeidsmigranten wonen, weet dat het beeld complexer is. Er zijn spanningen, ja – over overbewoning, zwerfvuil, of geluidsoverlast. Maar die spanningen ontstaan niet omdat mensen elkaar niet zouden gunnen om ergens te wonen of werken. Ze ontstaan omdat niemand grip heeft op de situatie. Omdat er geen aanspreekpunt is, geen regie, geen transparantie.
In dat vacuüm groeien irritatie en wantrouwen. Niet zelden aangewakkerd door politieke partijen die misstanden gebruiken als brandstof voor hun campagne. Terwijl bewoners én migranten feitelijk in hetzelfde schuitje zitten: overgeleverd aan beleid dat van bovenaf wordt opgelegd, zonder dat er geluisterd wordt naar wat er lokaal leeft.
Stel je voor: een stel van middelbare leeftijd dat al twintig jaar in dezelfde straat woont, ziet ineens tien arbeidsmigranten in het huis naast hen trekken. Geen uitleg, geen aankondiging. De leefbaarheid verandert. Maar ook de migranten hebben niet gekozen voor deze situatie. Zij worden gepropt in een woning die nauwelijks voldoet, tegen woekerprijzen, en durven nergens over te klagen omdat hun werk, woning en verblijfsstatus aan elkaar vastzitten.
De werkelijkheid is: bewoners en arbeidsmigranten hebben gedeelde belangen. Zij willen een veilige, schone, leefbare wijk. Fatsoenlijke woningen. Begrijpelijke regels. Een aanspreekbare overheid. Geen huisjesmelkers die misbruik maken van schaarste. Niet nog meer laaggekwalificeerde bedrijvigheid terwijl er al schaarste is aan ruimte en mensen.
Stichting Bewonersbelangen Arbeidsmigratie ziet dit. Zij wil niet meehuilen met de wolven in het bos, maar het gesprek op gang brengen tussen alle betrokkenen. Niet om te polariseren, maar om te verbinden. Want pas als we bewoners én migranten serieus nemen, kunnen we beleid maken dat werkt. Ze zegt: het is tijd voor een andere koers. Een koers waarin burgers – zowel de omwonende als de arbeidsmigrant – meepraten, meedenken en mede bepalen.
Deze stichting biedt die plek. Voor mensen met zorgen, met ideeën, met ervaringen uit de praktijk. Want pas als de stemmen van onderop worden gehoord, kunnen we bouwen aan echte, duurzame oplossingen.
Pozdrawiam Ewa